Logo Christiaan M. Bijl

Wat stilte met je hersenen doet (boekrecensie)


Op een ochtend wordt de Franse neurowetenschapper Michel Le Van Quyen wakker met een heel vreemd gevoel. Hij kan niet meer praten en de spieren van zijn gezicht zijn verlamd. Wat is er aan de hand? Iemand heeft een kleimasker op mijn gezicht geplakt terwijl ik sliep, houdt hij zichzelf domweg voor. Zijn wangen voelen stijf aan. Vanaf zijn hals tot aan zijn kruin reageert zijn lichaam bijna niet meer. Zijn rechteroog blijft hardnekkig open; zijn mondhoeken lijken wel versteend. De eerste gedachte die bij hem opkomt: een herseninfarct. De symptomen zijn voor hem als neurowetenschapper herkenbaar: moeite met praten, scheve mond, vermoeidheid. Nee, toch geen herseninfarct, maar wel de eerste symptomen. Hij haast zich naar het ziekenhuis waaraan hij verbonden is. Na het eerste onderzoek wacht hij in de wachtkamer een half uur met een knoop in zijn maag op de uitslag. Dan verschijnt een arts met een glimlach om zijn mond: 'U kunt weer ademhalen, meneer Le Van Quyen, er is niets ernstigs aan de hand. Het gaat om een aangezichtsverlamming, een volstrekt onschuldige aandoening. De oorzaak hiervan is nog onbekend, maar het vermoeden bestaat dat er in veel gevallen een verband is met stress en vermoeidheid'. Hem wordt absolute rust voorgeschreven.

Tijdens zijn herstel begint hij na te denken en gaat op onderzoek uit hoe en waarom hij het zover heeft laten komen. Dan stuit hij op het voor hem vreemde fenomeen stilte. Stilte die hij zo heeft ontbeerd. Hij schreef er een verhelderend boek over, waarin Le Van Quyen ons langs verschillende soorten stiltes leidt. Hij toont ons de voordelen ervan: stilte verhoogt onze creativiteit, verbetert ons geheugen en onze verhouding tot onszelf en tot de ander. Met praktische oefeningen laat hij zien hoe we ons kunnen ontspannen en stilte om ons heen kunnen creëren.

Er wordt steeds meer van werknemers gevraagd en/of geëist en het aantal mensen met burn-out is schrikbarend toegenomen. De huidige corona-crisis heeft niet bepaald een bijdrage geleverd aan het verminderen hiervan, integendeel zelfs.

Beeldbellen blijkt veel vermoeiender dan gedacht en tegenover het niet naar het werk hoeven reizen, staan vele nadelen, waaraan iedereen die hiermee wordt geconfronteerd, zelf wel invulling kan geven.

 


Dit boek bevat voorbeelden van wat chronische stress zoal bij een mens kan teweegbrengen: niet alleen het risico om burn-out te krijgen, maar ook door uitholling van emoties. Deze mensen hebben het gevoel dat hun voorraad aan emoties totaal uitgeput raakt. Daarna komt de fase van depersonalisatie: ze raken het contact met zichzelf kwijt en voelen dat ze de situatie niet meer onder controle hebben.
Als voorbeeld noemt de auteur coassistenten in ziekenhuizen, die zonder uitzondering onder grote (werk)druk lijden. Door middel van neuroimaging werd bij een groep van hen hun hersenactiviteit gemeten, waaruit ook deze symptomen werden gevonden.

Gelukkig reikt de auteur ons een handvat aan hoe we ons brein rust kunnen geven: met stilte. Dat is niet eenvoudig, want stilte is zeldzaam geworden. Stadslawaai van verkeer, van bouwwerkzaamheden, van vliegtuigen, tuin- of balkonfeestjes met luid klinkende muziek, onophoudelijk rinkelende telefoons: het omgevingsgeluidsniveau is tegenwoordig zo hoog, dat het soms de werking van onze hersenen verstoort.
Totale stilte lijkt een utopie. Zelfs in musea is het vandaag de dag vrijwel onmogelijk om in stilte van een schilderij of een ander kunstwerk te genieten. Bezoekers zijn meer met hun telefoons en camera's in de weer, dan dat ze in alle stilte en rust een schilderij van Monet, Manet, Van Gogh, Vermeer of Rembrandt - om er slechts enkele te noemen - in zich opnemen.

Hoe stilte te creëren? Ik noem slechts de titels van een aantal hoofdstukken, waarin veel voorbeelden te vinden zijn: Stilte in aandacht, Stilte om in weg te dromen, Stil luisteren, Stilte voor de ogen (rust gaat via onze ogen!), Stilte in meditatie en Stil zelf. Eén manier wil ik de lezer niet onthouden, te lezen in zijn Epiloog. Durf stil te zijn. 'We hebben allemaal een schreeuwende behoefte aan stilte. Als ik zelf die behoefte voel, mag ik graag een kerk binnenlopen en me even bezinnen in die vredige omgeving, vaak een schitterend gebouw met prachtige ornamenten. Voor niet-gelovigen zoals ik zijn kerken, maar ook bibliotheken, vredige oorden die in een stad aan iedere bezoeker rust bieden. Als ik me na zo'n bad van stilte weer begeef in het rumoer buiten, besef ik vaak hoe zeldzaam serene rust is geworden', aldus Michel Le Van Quyen.

Michel Le Van Quyen: Wat stilte met je hersenen doet.
Een neurowetenschappelijke verkenning.
 Utrecht: Uitgeverij Ten Have, 2020. ISBN 9789025907716.

Op internet zijn diverse interviews te vinden met Michel Le Van Quyen, maar uitsluitend in het Frans. Voor de liefhebbers hieronder een interview van bijna een uur in het programma Les conférences 20/40 (40 minutes pour apprendre, 20 minutes pour comprendre).


► Foto boven: Tru'o'ng Quân
► Foto rechts: Gerd Altmann